Sinds begin deze week werkt HartslagNu met een nieuwe variabele alarmeringsstraal. De nieuwe wijze van alarmeren zorgt ervoor dat zowel plattelandsgebieden als stedelijke gebieden een betere inzet van burgerhulpverleners krijgen.
In samenwerking met de Universiteit van Twente heeft HartslagNu afgelopen jaar onderzocht hoe de huidige alarmering verbeterd kon worden. Dit onderzoek liet zien dat met een aantal variabelen moet worden gewerkt om een optimale alarmeringsstraal te bepalen. HartslagNu gaat hierbij uit van de meest ideale situatie tijdens een reanimatie waarbij vijf burgerhulpverleners en twee AED’s zo snel mogelijk ter plaatse zijn.
De alarmeringsstraal wordt nu vastgesteld op basis van:
Volgens HartslagNu zorgt deze nieuwe wijze van ‘slim’ alarmeren ervoor dat zowel plattelandsgebieden als stedelijke gebieden een betere inzet van burgerhulpverleners krijgen. In stedelijke gebieden worden niet teveel burgerhulpverleners opgeroepen en in plattelandsgebieden juist meer burgerhulpverleners. Dit altijd met een maximum van 100 op te roepen burgerhulpverleners. Het doel is dat hiermee maximaal 5 vrijwilligers zo snel mogelijk ter plaatse gaan.
Voorheen werden alle burgerhulpverleners gealarmeerd in een straal van 750 meter van het slachtoffer. AED’s werden gealarmeerd op 500 meter van het slachtoffer. Dit was voor heel Nederland hetzelfde. Deze vaste alarmeringsstraal was niet in alle gebieden in Nederland toereikend.
De oude alarmeringsstraal gaf vooral in buitengebieden problemen. In deze straal zijn niet overal voldoende burgerhulpverleners en AED’s beschikbaar. Ook in de stad werkte de huidige alarmeringssystematiek niet perfect. Zo kwam het wel eens voor dat er te veel burgerhulpverleners werden opgeroepen en ter plaatse gingen. Ook dit was niet wenselijk.
